GEBOUW SPONSOREN IS FISCAAL AFTREKBAAR

Tal van bedrijven besteden behoorlijke sommen aan sponsoring. Daarmee hopen de ondernemers hun bedrijf in de kijker te zetten zodat hun omzet op peil blijft of zelfs stijgt. De fiscus onderzoekt in zulke gevallen of de betaalde som voldoet aan de voorwaarden om als beroepskosten aanvaard te worden conform artikel 49 W.I.B. 1992.

Het belangrijkste punt bij dat soort kosten is dat de belastingplichtige moet aantonen dat hij die kosten heeft gedaan om belastbare inkomsten te verkrijgen of te behouden. Met andere woorden: de sponsoring moet een effectief of potentieel positief effect hebben op de onderneming. Is dat niet het geval, dan zal de fiscus de geviseerde bedragen beschouwen als liberaliteit of vrijgevigheid. Het gevolg is dan dat de fiscus de aftrek als beroepskosten weigert. De onderneming kan die kosten dan fiscaal niet in mindering brengen.

De Dienst Voorafgaande Beslissingen kreeg onlangs een ondernemer over de vloer die via sponsoring een rechtspersoon wou steunen door mee te betalen in de renovatie van haar gebouw (Voorafgaande beslissing nr. 800.283 van 2 september 2008). Omdat het om een belangrijke som ging, wou de ondernemer voor hij de som stortte, weten of de fiscus die als kosten zou aanvaarden. De rulingcommissie onderzocht de aanvraag en ging vooral na wat de gesponsorde rechtspersoon in ruil zou doen voor de ondernemer.

Uit de overeenkomst gesloten tussen beide bleek dat de gesponsorde rechtspersoon zich engageerde om de naam van de sponsor op bepaalde tijdstippen in diverse brochures en evenementen te communiceren. In het gebouw van de rechtspersoon zou tevens de naam van de sponsor geafficheerd worden.

ruchtbaarheid

De rulingcommissie kwam tot het besluit dat sponsorbijdragen de aard van publiciteitskosten hebben en dus dat de ondernemer ze als beroepskosten kan aftrekken. Wel moet de ondernemer aantonen dat de uitgaven kunnen bijdragen tot de bloei van de zaak van de belastingplichtige, doordat ze aan het bestaan ervan grotere ruchtbaarheid geven en de activiteiten in een gunstig daglicht plaatsen bij het publiek. De rulingcommissie zegt dus principieel 'ja', maar eist wel dat de ondernemer bij controle door de fiscus aantoont dat hij daar op een of andere wijze baat bij heeft gehad.

Dit is een originele ruling omdat het om een bijdrage gaat voor de renovatie van een onroerend goed. Fiscaal aftrekbare sponsoring kan dus in de vorm van steun aan een te verwezenlijken bouwproject. De bijdrage bij de sponsor is in de regel in één keer aftrekbaar als gewone beroepskosten, ook al zal het onroerend goed waar het geld wordt in geïnvesteerd in de regel meerdere jaren overeind blijven.

Maar de boekhoudkundige en dus fiscale behandeling bij de gesponsorde rechtspersoon is minstens even interessant. De rulingcommissie werd niet gevraagd daar een opinie over te geven. Voor zover de gesponsorde rechtspersoon het gemene boekhoudrecht moet volgen, is het de vraag of het ontvangen sponsorgeld al dan niet in één keer in opbrengst moet worden geboekt.

Als de ontvangen sponsoring in één keer naar resultaat moet, zal winst ontstaan. Tegen de globale opbrengst kan enkel een afschrijving als kosten worden geboekt. Wat impliceert dat per saldo (belastbare) winst zal ontstaan. Dat kan misschien vermeden worden door het ontvangen sponsorgeld af te trekken van het bedrag dat op de balans komt als aanschaffingsprijs van de renovatie. Hoewel het fiscaal wellicht veiliger is de subsidie te boeken via een overlopende rekening van het passief om ze conform het klassieke toerekeningsbeginsel jaarlijks in opbrengst te boeken a rato van de geboekte afschrijvingen van de renovatie.

Jan VERHOEYE, accountant, docent Hogeschool Gent en gastprofessor Universiteit Gent.
Gepubliceerd op 18 november 2008.