GEEN AFSCHAFFING AANDELEN AAN TOONDER DEZE LEGISLATUUR

Aandelen aan toonder zouden op hun laatste benen lopen. Tijdens de behandeling van de fiscale amnestie wet sprak minister REYNDERS daar stoere taal over. Maar vorige week zwakte de minister dat standpunt flink af.

Aandelen aan toonder zijn een doorn in het oog van sommigen. Voor anderen blijven zij een godsgeschenk. Vlaams minister van Financiën, Dirk VAN MECHELEN, werd daar eind vorig jaar nog mee geconfronteerd. Binnen Vlaanderen kunnen de aandelen in een familiale vennootschap vererfd worden zonder successierechten te betalen (art. 60bis W.Succ.). Cruciale voorwaarden zijn dat de aandelen van de vennootschap in de drie jaar voorafgaand aan het overlijden ononderbroken voor ten minste 50 procent toebehoorden aan de overledene en/of zijn echtgenoot, en dat de aandelen spontaan in de aangifte van nalatenschap worden vermeld. Voor de berekening van de 50 procent wordt tevens rekening gehouden met de aandelen die enerzijds in het bezit zijn of waren van verwanten in de opgaande of nederdalende lijn en hun echtgenoten, of van zijverwanten van de overledene tot en met de tweede graad en hun echtgenoten en anderzijds met aandelen die in het bezit zijn van kinderen van vooroverleden broers en zusters van de overledene. Bijkomend moet de vererfde vennootschap in de drie jaar voorafgaand aan het overlijden, minstens vijf in het Vlaamse Gewest tewerkgestelde werknemers tellen, uitgedrukt in voltijdse eenheden. Zijn deze voorwaarden voldaan, dan moet op de waarde van de aandelen geen enkel successierecht betaald worden. Maar dan moet de vennootschap er wel voor zorgen dat het aantal in het Vlaamse Gewest tewerkgestelde personeelsleden, uitgedrukt in voltijdse eenheden, de eerste vijf jaar na het overlijden jaar na jaar behouden blijft.

Van Mechelen

De vraag is uiteraard hoe men een aandelenbezit bewijst. Bij aandelen op naam is er geen probleem. In dat geval volstaat het bij de aanvraag om vrijstelling een kopie mee te sturen van het aandelenregister. Maar bij aandelen aan toonder ligt dat minstens gevoeliger. Vandaar dat minister VAN MECHELEN in een omzendbrief een en ander verduidelijkte (B.S., 19.08.2004). De minister reikte drie methodes aan. Het bewijs kan met de notulen van de algemene vergaderingen gedurende de drie jaar voor het overlijden waaruit blijkt dat men met alle aandelen is verschenen. Hetzelfde kan ook met (bank)uittreksels van dividenduitkeringen. Tot slot verwees de minister naar de mogelijkheid om de aandelen al dan niet in open bewaargeving te geven bij een bank. In zo'n geval volstaat het attest van de bank om te bewijzen dat de aandelen gedurende de drie jaar vóór het overlijden de overledene of zijn naaste familie toebehoorden. Meteen besloten sommigen daaruit dat enkel deze drie mogelijkheden nog door de fiscus zouden aanvaard worden als bewijs voor het bezit van aandelen aan toonder. Wat wettelijk uiteraard niet kan. Dat staat touwens met zoveel woorden te lezen in de omzendbrief zelf. Terecht stelt de minister dat het aandelenbezit kan bewezen worden met alle middelen van het gemeen recht uitgezonderd de eed. Dus bijvoorbeeld ook met getuigenbewijs en met het feitelijk vermoeden. Minister VAN MECHELEN bevestigde dat ook in een antwoord op een mondelinge vraag in het Vlaams Parlement (C8 - FIN1 - 12.10.2004, p 7).

Reynders

De Vlaamse minister stelde echter dat het al dan niet afschaffen van de aandelen aan toonder op het federale niveau moet behandeld worden. Ten tijde van de behandeling van de EBA-wet (Eenmalige Bevrijdende Aangifte, beter bekend als fiscale amnestie) in de Kamer eind 2003 zei minister REYNDERS dat bij de begrotingsopmaak voor 2005 beslist zou worden op welke uiteindelijke datum de uitgifte van effecten aan toonder zou verboden worden. De minister stelde toen dat dit systeem vermoedelijk zou verdwijnen in de periode 2007-2008. Hij verduidelijkte dit standpunt met de aanbevelingen van de OESO. Die OESO vindt immers dat België moet overgaan tot de afschaffing van de titels aan toonder om de strijd tegen het misdaadgeld te doen slagen (DOC 51 0353/005, p. 177). Maar bij de opmaak van de begroting voor het jaar 2005 werd met geen woord gerept over deze intentie. Meer nog: de toondertaks die de regering eind 2003 nog verhoogde tot 0,6 procent op de aflevering van effecten aan toonder bij de uitgifte van nieuwe effecten werd door het Hof van Justitie in een arrest van 15 juli 2004 als strijdig met het Europees recht beschouwd (zaak C-415/02).

Vermogensbelasting

Vorige week vroeg volksvertegenwoordiger Hendrik BOGAERT of het tijdens deze regeerperiode nog komt tot een afschaffing van waardepapieren aan toonder. Na een welles nietes spelletje antwoordde REYNDERS: "Er komt geen afschaffing tijdens deze regeerperiode." (CRABV 51 COM 485, p. 5). In een adem voegde de minister van Financiën er ook nog aan toe dat er ook geen ontwerp van vermogensbelasting komt.

Daarmee lijkt de afschaffing van de titels aan toonder voor een tijdje van de baan. Als de minister uiteraard woord houdt. Nog niet zolang geleden stelde hij ook dat er nooit een roerende voorheffing op liquidatieboni zou komen met terugwerkende kracht. Uiteindelijk heeft hij gelijk gekregen. Maar een aantal belastingplichtigen dienden wel het Arbitragehof in te schakelen om dat stukje wet ongedaan te maken.

Jan VERHOEYE, accountant, docent Hogeschool Gent en gastprofessor Universiteit Gent.
Gepubliceerd op 10 februari 2005.