INTERNE MEERWAARDEN KUNNEN ONBELAST BLIJVEN BIJ KAPITAALVERMINDERING

België moet een Europese richtlijn van 1990 over fusies, split- singen, inbreng van activa en aandelenruil omzetten in het Belgisch fiscaal recht. In de ontwerptekst worden niet alleen verrichtingen tussen intra-Europese vennootschappen behandeld, maar ook de zogenaamde interne meerwaarden, verrichtingen binnen België uitgevoerd door natuurlijke personen.

De fiscus spreekt van interne meerwaarden als een natuurlijke persoon de aandelen van een vennootschap waarin hij een meerderheids- of een controlebelang heeft, inbrengt in zijn eigen holding. De meerwaarden die de natuurlijke persoon zo behaalt, zijn in principe vrijgesteld van belasting. Maar als die transactie niet behoort tot de normale verrichtingen van beheer van een privévermogen of speculatief zijn, volgt een belasting aan 33 procent als diverse inkomsten. Tot eind 2005 vond de fiscus bijna altijd dat een interne meerwaarde abnormaal en speculatief was. Dus werden ze steevast belast aan 33 procent.

Minister van Financiën Didier Reynders (MR) trad op. In een antwoord op een parlementaire vraag in oktober 2005 zei hij dat interne meerwaarden niet langer zouden worden belast aan 33 procent als bepaalde voorwaarden nageleefd werden. Kort samengevat komen die erop neer dat de meerwaarde onbelast blijft als de inbrenger gedurende drie jaar na de inbreng de tegenwaarde van zijn aandelen op geen enkele manier in geld ontvangt. Na die 'stilstand' mag de holding een kapitaalvermindering doorvoeren zodat de inbrenger er zijn geld belastingvrij kan uithalen.

Een kapitaalvermindering is het middel bij uitstek om geld belastingloos uit een vennootschap te halen. Het kapitaal dat uitgekeerd wordt, moet dan wel bestaan uit werkelijk gestort kapitaal. Dat betekent dat het in geld of via een inbreng in natura gevormd moet zijn. Bij interne meerwaarden is dat steeds het geval. De natuurlijke persoon waardeert zijn aandelen aan marktwaarde en geeft ze aan zijn nieuwe holding die hem betaalt met nieuwe holdingaandelen. Het kapitaal van de holding bestaat uit fiscaal kapitaal.

Dividenden

Na drie jaar kan de holding dan dividenden krijgen van haar dochters die tegen een belasting van 1,7 procent bij haar binnenkomen als definitief belaste inkomsten. De holding kan die dan belastingvrij uitkeren aan haar aandeelhouders via een kapitaal- vermindering. De vorige regering wou de gerealiseerde meerwaarde bij de inbreng uitgesteld belasten bij een kapitaalvermindering. Nu is dat niet langer de bedoeling. Het ziet er naar uit dat drie gevallen zullen bestaan.

(1) In principe blijft een niet beroepsmatige aandelenruil die kadert in het normaal beheer van het privévermogen onbelast.

(2) Bij een niet beroepsmatige inbreng van aandelen die men niet kan kwalificeren als een normale verrichting van privébeheer, zal de meerwaarde meteen belast worden aan 16,5 procent.

(3) Bij een beroepsmatige inbreng van aandelen, dus als het verhandelen van aandelen tot de normale activiteit van de belastingplichtige behoort, wordt het fiscaal kapitaal beperkt tot de aanschaffingswaarde van de ingebrachte aandelen in hoofde van de inbrenger. Gebeurt later een kapitaalvermindering, dan zal die in de regel minstens stuk belast worden.

Jan VERHOEYE, accountant, docent Hogeschool Gent en gastprofessor Universiteit Gent.
Gepubliceerd op 10 juni 2008.